In Amerika is het een way of life. En dankzij wereld kampioen BBQ Jord Althuizen en diverse navolgers waait die levensstijl nu ook over naar Nederland: BBQ, maar dan anders. Niet even een paar hamburgers of worstjes op een rooster gooien, maar stukken vlees, vis en groenten met diverse speciale technieken laten garen op indrukwekkende apparaten als de ‘stick burner’, een BBQ die er uitziet als een stoomlocomotief. Hieronder een mooi voorbeeld van het nieuwe barbecueën. Een heerlijk recept waar uw gasten versteld van zullen staan. Schenk er een mooi glas 'Côtes du Roussillon-Villages' van Domaine Fourcade bij.

Geroosterd buikspek van de BBQ

 Benodigdheden 4 personen :

  • 750  gram heel stuk buikspek zonder zwoerd
  • 300  gram  grof zeezout
  • 100 gram kristalsuiker
  • Half bosje rozemarijn
  • Half bosje tijm
  • 4 tenen knoflook

 Bereiding :

  • Meng het grof zeezout met de suiker.
  • Wrijf het buikspek aan beide kanten in met het bovenstaande mengsel en dek af met plasticfolie.
  • Plaats de afgedekte buikspek voor minimaal 12 uur in de koeling.
  • Spoel het buikspek af met koud water en dep deze droog.
  • Plet de knoflook en houd deze apart.
  • Zet een bakpan op hoog vuur, als de pan heet is rooster het buikspek dan aan allebei de kanten goud bruin.
  • Verwarm de oven voor op 140 graden.
  • Plaats het buikspek in een ovenschaal en verdeel de kruiden en geplette knoflook onder en op het vlees.
  • Dek de ovenschaal af met aluminiumfolie.
  • Plaats de ovenschaal nu in de voorverwarmde oven gedurende 7 uur.
  • Laat het buikspek even afkoelen.
  • Snijd het buikspek nu in de gewenste vorm voor verder gebruik.
  • Bak het buikspek op de barbecue zodat de buitenkant mooi krokant is en de binnenkant boterzacht.

 De variaties waarvoor je het buikspek kunt gebruiken zijn eindeloos. Denk bijvoorbeeld aan een frisse salade met citroendressing, of op een gestoomd broodje met hoisin saus en zoet zure komkommer. Als hoofdgerecht is het natuurlijk ook lekker bij geprakte zoete aardappel en gestoofde pompoen.

Bron: Martien Pruijmboom, Chef-kok Piet Hein Eek